Vera Vitella boezemt het meeste ontzag in
Vrouwen in de Bob Evers-serie
door Henk Bergman
De wereld van Bob Evers is een mannenwereld; vrouwen komen er maar
mondjesmaat in voor. John Beringen noemt in het register van zijn boek
Het verschijnsel Bob Evers
(waar ik dankbaar gebruik van heb gemaakt) in totaal 418 personen die
optreden in de delen 1 t/m 37. Daaronder zijn 27 vrouwen: nog geen 6,5 %!
Van die 27 heb ik er hieronder 19 beschreven. Acht heb ik laten vallen
omdat ze niet voldeden aan het criterium dat ik hanteerde: ze moesten
sprekend aanwezig zijn en er moest iets (hoe gering ook) van een eigen
persoonlijkheid zichtbaar worden.
Valt er iets algemeens te zeggen over de vrouwen in Bob Evers? In elk geval
zijn de meesten geen doetjes. Er is een aantal zeer zelfstandige types onder
(Lois Bennett, Lottie Doberman, tante Ginny, Lilian, Vera Vitella), dat ieder
op haar manier de mannen trotseert. Maar ook een 'dom blondje' als Tootsie
Griff heeft zo haar kwaliteiten.
De mannen naar de mond praten doen ze eigenlijk geen van allen; zelfs
huishoudster Marianne reageert laconiek op het geblaf van kolonel Prins.
Aan de andere kant: veel invloed op het verloop van de gebeurtenissen hebben
ze ook weer niet. Van de hieronder beschreven vrouwen spelen eigenlijk
alleen Carlotta, Lottie Doberman, mrs Fentwick, Leontina Hissink, Lilian,
Yetty Sanders, Sonja Straperli en Vera Vitella in meer of mindere mate een
essentiële rol in het verhaal waarin ze voorkomen. De anderen vervullen
of een bijrol of zijn niet meer dan een - meestal komisch - versiersel.
- Barley, Annie
(De jacht op het koperen kanon)
- Engelse, afkomstig uit Portsmouth, getrouwd met de Hollandse stuurman op
de grote vaart Jansen. Woont in Alkmaar, Bloemfonteinstraat 22, in een half
villaatje genaamd Eddystone.
Spreekt Nederlands met een zwaar accent. Bezit twee koperen kanonnetjes, in
één waarvan het laatste papiertje uit de Hathaway-jacht
verborgen zit.
- Bennett, Lois
(De jacht op het koperen kanon, Sensatie op een Engelse
vrachtboot)
- Nicht van prof. George Hathaway, die met haar broer John op jacht is
naar de verborgen papiertjes om daarmee de erfenis van één
miljoen gulden van Hathaway veilig te stellen. Wordt beschreven als 'een
sportief gekleed meisje'. Blond haar, later ook aangeduid als goudgeel. Rookt.
Maakt een zeer zelfstandige indruk. Doet mee aan de inbraak in het Engelse
landhuis om in de wapencollectie te zoeken naar één van de
papiertjes en vindt het in een dubbelloops jachtgeweer. Tegen iemand die haar
niet meetelt als lid van een overval-team om Jeffries te beroven van het in
Kaapstad achterhaalde papiertje ('Maar u bent een meisje') zegt ze liefjes:
'Zal ik eens een Jiu Jitsu greep op u toepassen?' Als Jan en Arie haar voor
het eerst ontmoeten, spreken ze over 'deze jongedame hier'. Ze wordt
strategisch ingezet ('Lois moet meegaan,' zei de piloot. 'Een vrouw krijgt
tienmaal meer gedaan dan een auto vol mannen'). Geeft zich uit voor
verslaggeefster van de Daily Telegraph om aan boord van de Mersey Hope te
komen, waar het laatste briefje uiteindelijk terecht gekomen is en zorgt voor
de nodige heisa aan boord.
- Carlotta
(Tumult in een toeristenhotel)
- Lange, zwartharige, bruinogige vrouw, zonder achternaam. Logeert met
haar man Charles en het duo Lilian/Jim ook in het Seaview-hotel in Blackpool,
tegenover Jan en Arie. Wil per se haar schoenen (met in de hakken daarvan
de smokkeldiamanten) laten poetsen. Voelt zich niet verantwoordelijk als
de schoenen de volgende ochtend verdwenen blijken te zijn. 'Dat zijn
vrouwengrillen. Daar mag een man niet op letten'.
- Doberman, Lottie
(Een motorboot voor een drijvend flesje, Een klopjacht
op een kapitein, Een raderboot als zilvervloot)
- Echtgenote van kapitein Doberman en enige vrouw in het illustere
gezelschap dat jaagt op het Grimbos-goud. Geen katje om zonder handschoenen
aan te pakken. Ergert zich voortdurend aan de stommiteiten van haar man,
Hennie Schol en Bonzo en reageert daar kribbig op. Net als Arie roodharig en
slim. Lokt de haar achtervolgende Jan Prins mee naar restaurant Formosa aan
de Kalverstraat en verdwijnt door de tweede uitgang aan het Spui. Strooit
Jan daarmee zand in de ogen en laat hem in de buurt van de Zeedijk inrekenen.
Noemt Jan vervolgens spottend 'de jonge Sherlock Holmes'. Barst in woede uit
als in het gevecht in het bos een van haar jurken verloren gaat. Valt bij
haar vlucht over de Duitse grens in handen van smokkelaars en wordt aan haar
man vastgebonden en in een bunker gelegd. 'Toen dat gebeurd was, lagen zij
hechter verbonden dan huwelijksbanden ooit hadden kunnen doen.' Wordt later
weer bevrijd en valt in handen van de jongens op de raderboot Lorelei.
'Luister, zus,' zei Arie. 'We slaan bij voorkeur geen vrouwen boven de tien
jaar. Wil je je zonder kabaal laten vastbinden?' Lottie doet het.
- Fentwick, mrs
(Sensatie op een Engelse vrachtboot)
- Postmeesteres van het postkantoor in Bromborough, waarnaar Barnett het
laatste papiertje in de Hathaway-jacht poste restante heeft opgestuurd. Een
vrouw van Schotse afkomst, die zich geen knollen voor citroenen laat verkopen.
Bezorgt de Britse Consul in Amsterdam de schrik van zijn leven door openlijk
aan zijn identiteit te twijfelen. Is alleen bereid de brief van Barnett af te
geven aan Barnett zelf, die ze kent omdat ze hem eens twee maanden in pension
heeft gehad. Zegt goedkeurend tegen Jan Prins, die verklaart dat hij van
vroeg opstaan houdt: 'Dat zijn woorden naar mijn hart, jongen. Ik heb een hekel
aan langslapers en marmotten.'
- Ginny
(Een overval in de lucht)
- Tante van jonkheer Paul van Rilland Bath, en net als hij een van de
passsagiers in het extra toestel naar Johannesburg. 'Een omvangrijke dame
van middelbare leeftijd, die door de regen kwam aanstevenen als een
sergeant-majoor.' Draagt een bril met dikke glazen. Aristocratische dame,
niet voor een kleintje vervaard. Zegt tegen Kaalmans, die haar bedreigt
met een revolver: 'Als je het nog eens in je hoofd haalt om me met die
proppenschieter in mijn rug te kietelen, ben je niet gelukkig.' Verrast het
gezelschap 'met termen, waarvoor een zeerob zijn bewondering zou hebben
uitgedrukt'. Bewerkt filmster Lalou Lalonde met een deegrol. Verpleegt
vrijwillig de eerste piloot.
- Griff, Tootsie
(Vreemd gespuis in een warenhuis)
- Vriendin van Johnny Dalmonte, de ongekroonde koning van de Pittsburghse
onderwereld. Een meisje met blauwe ogen. Gekleed in een blauw mantelpak met
een blauwe hoed, en daarbij een blauw tasje. Bepraat Specs Hildebrant op
straat om samen te werken met Dalmonte. Hildebrant vertelt haar de plaats
waar de juwelen verborgen zijn. Haar reactie: 'Zoete lieve Gerritje... Een
kwart miljoen dollars los in een doortrekbak... Ik ben al weg.' Vijlt dag
in dag uit haar nagels en houdt toch voldoende over om aan te blijven vijlen.
'Haar wapen bestaat niet uit een achtschots automatisch pistool, maar uit
haar wijdopen, helblauwe ogen die iemand als heldere vijvers van onschuld
konden aankijken, ook al was haar ziel een modderige poel vol leugens.'
- Hissink, Leontina Caroline
(Een motorboot voor een drijvend flesje, Een raderboot als
zilvervloot)
- Blond haar en grijze ogen. Gehuwd met Johannes Grimbos. Woont in Lisse
in villa Serafina, waar het goud van haar vader verborgen ligt. Wat zurige
vrouw van rond de dertig jaar. Heeft haar man niet hoog zitten ('Als jij
een vént was inplaats van een... een...'). Gaat node akkoord met 25%
als opbrengst voor de jongens. Ze maakt echter een scène op de
hotelkamer in Nijmegen als de jongens haar het eerste veroverde deel van de
goudschat tonen. Arie laat haar een verklaring tekenen dat zij
één vierde van het gevonden en nog te vinden goud aan hen
afstaat. Ze doet het met tegenzin. 'Ik vind een kleine twintigduizend gulden
rijkelijk veel als vacantieverdienste voor drie bengels die nog niet droog
zijn achter hun oren, maar ik wil er verder niet over strijden.'
- Joyce
(Superslag in een supermarkt)
- Au pair zonder achternaam. Helpt Bob bij z'n zoektocht naar de miljonair
Dougall. Is 16 jaar oud, heeft een rijke vader en zat tot voor kort op
kostschool. 'Je pakt het niet goed aan', zegt ze tegen Bob, die dat een heel
nieuwe ervaring vindt. Nieuwsgierigheid is haar drijfveer. Bob betaalt haar
tien dollar per uur. Van enige erotische aantrekkingskracht blijkt niets.
- Lalonde, Lalou
(Een overval in de lucht)
- Frans filmster, die meereist in het extra vliegtuig naar Johannesburg.
'Een verwaand vrouwtje in een witte regencape.' Bij aankomst op Schiphol zit
in haar mouw een miniatuur Pekineesje. Volgens haar regisseur Malherbe moet
er heel wat aan haar geregisseerd worden. Ze praat veel, valt flauw en barst
in tranen uit - deze 'mallotige Franse actrice'. Probeert na afloop zoveel
mogelijk publicitaire winst uit de kaping te slaan.
- Lilian
(Tumult in een toeristenhotel)
- Kleine, mollige, blonde vrouw (ook wel aangeduid als 'meisje'). De
slimste van de diamantsmokkelaars. Stalt koffer met de kostbare schoenen
zo lang op Jan's kamer. (Arie - die dat ziet - spreekt over 'een teken van
Liefde' - een van de weinige 'erotische' verwijzingen in de serie). Als ze
ontdekt dat de inhoud van haar koffer is verwisseld, lokt ze Jan mee en houdt
hem gevangen. Arie overmeestert haar echter en bindt haar vast aan een
betonpijler in het pakhuis van Johnstone.
- Marianne
(Een overval in de lucht, De jacht op het koperen
kanon)
- Geen achternaam. Huishoudster van kolonel Prins. Leeftijd niet helemaal
duidelijk. Ze wordt ergens aangeduid als 'een oude huishoudster', maar 'van
middelbare leeftijd' zou ook heel goed kunnen. De jongens noemen haar in
ieder geval bij haar voornaam. Haar uiterlijk: 'een lange, magere vrouw, met
een stomp neusje en één wenkbrauw hoger dan de andere, wat haar
een komiek gezicht gaf'. Reageert meestal kalm en laconiek op het geblaf van
de kolonel.
- Paraquita, La
(Trammelant op Trinidad)
- Waarzegster, die voor een dollar Jan de toekomst voorspelt op de
Trinidadse kermis. Weet onwaarschijnlijk veel van Jans verleden. Is
contactpersoon op Trinidad voor de organisatie die mensen illegaal de
Verenigde Staten binnen smokkelt. Spreekt in bijna geheel zuiver Engels.
- Sanders, Yetty
(Drie jongens en een caravan) -
'Een aardig uitziend meisje in een lichtblauwe jurk en een open, kort, leren
autojasje.' Woont Stratumschedijk 785 in Eindhoven, in 'een villa met witte
muren en een rieten dak'. Noemt haar vader 'paatje'. Beetje een rijkeluiskind,
maar wel aardig. Maakt ondanks haar verknochtheid aan 'paatje' toch een
zelfstandige indruk. Houdt de jongens vanwege een lekke band aan op de betonweg
van Utrecht naar Den Bosch. Jan zegt 'u' tegen haar. Later in het verhaal rijdt
ze de caravan achterna in België omdat er in het wiel dat de jongens met
haar hebben geruild 50.000 dollar blijkt te zitten. Haar openingswoorden dan:
'Luister eens, knapen...'
- Sarie
(Wilde sport om een nummerbord)
- Oudste zuster van Bill, de bijrijder van Walter Kettering. Woont op een
boerderij in Lebanon, Pennsylvania, een plek die uitstekend geschikt lijkt om
de beschadigd geraakte pakketjes opnieuw in te pakken. Een vrouw 'zo
ontstellend dik, dat ze de toch niet erg smalle gang van de ene wand tot de
andere scheen te vullen.' Bill wordt niet moe te herhalen dat Sarie 'toch zo'n
droge is'. Ze past haar dochter Fanny een rose jurkje uit een van de pakjes en
is beledigd als Kettering daarover iets zegt. Als Fanny vervolgens in een plas
met olie valt zijn de poppen echt aan het dansen...
- Schol, juffrouw C.B.
(Een klopjacht op een kapitein)
- Zuster van Hennie Schol. Woont Laurierzijgracht 71 C, Amsterdam. Is
ongeveer 25 jaar oud, bijna witblond en lijkt beslist niet op Doris Day.
'Zij zat beter in de verf dan het huis waarin zij woonde.' Spreekt Arie vanaf
drie hoog in onvervalst Amsterdams toe. 'Wat mot je?'. 'Gif maan ook soon
loopjonge'. 'Seg dat stuk sloeber dat-ie dat geeltje van me terugbrengt dat-ie
een maand geleden van me leende, want ik sit derom te springe.'
- Straperli, Sonja
(Kabaal om een varkensleren koffer)
- Echtgenote van Straperli, alias Frederik Zoutman, alias De Groene Man.
Volgens eigen zeggen op huwelijksreis, maar dat blijkt een leugentje. Een
monteur over haar: 'Ze rijdt een donkerblauwe open Talbot-racewagen van 1937
met electrische versnelling en ze weet net zo veel van auto's af als ik van
baby-atoombommen. Haar idee van reizen is een soort tournee van garage naar
garage.' Bedreigt Jan en Arie met een pistool in de apotheose van het
Buikmans-avontuur, maar wordt echter spoedig beentje gelicht. Blijkt al met
al weinig kaas gegeten te hebben van misdadige zaken.
- Tante
(Kabaal om een varkensleren koffer)
- Zonder naam, maar wel een échte tante. Woont in Bilthoven.
Geobsedeerd door vitamines. Zegt tegen Arie en Jan: 'Je krijgt een voedzame
sla en een glas warme melk en dan naar bed.' Het is dat de jongens een
portefeuille met geld moeten ophalen, anders zouden ze haar mijden als de
pest. Jan: 'Liever acht verhoren door de politie dan...'
- Vitella, Vera
(Vreemd krakeel in Californië)
- 'Ik ben geen mevrouw,' zei ze. 'En ik hoop het nimmer te worden ook.'
Ongetwijfeld de meest ontzag inboezemende vrouwspersoon in de hele Bob
Evers-serie. Heeft lang blond haar tot op haar schouders en vuurschietende
ogen. Onvrouwelijk taalgebruik. Zegt op cynische toon tegen Arie, die een
van z'n grapjes op haar loslaat: 'Een roodharige, met sproeten versierde,
met spek gestoffeerde grapjas. En vertel jij me eens, siersproet, wie waren
die drie bavianen die denken dat ze met een vrouw kunnen omgaan of ze een
baaltje kievitsbonen is?' Van beroep slangendanseres. Danst met ratelslangen
in nachtclubs overal in de Verenigde Staten. Bewaart haar slangen in een
mandje onder haar bed. Heeft een kamer in het Roadhouse Valleyglade, waar
de avond van het avontuur een gigantische 'gooi- en smijtfilm' ontstaat.
Bergman-pagina's: vorige |
index |
volgende
Dit artikel is inmiddels ook verschenen in de de
Bob Evers Nieuwsbrief van juli 1995.
De auteur:
Henk Bergman <h.bergman_op_tip_punt_nl>
Postbus 327
1900 AH Castricum
tel. 0251-655703 (na 19.00 uur)
fax 0251-658056
Reakties zijn van harte welkom.
Terug naar de hoofdpagina van de
"Duizend-en-enige hoofdstukken over Bob Evers"
Paginabaas:
Paul Vinkenoog
<paul_op_vinkenoog_punt_nl>